Afgestudeerde hbo’ers vinden steeds sneller werk

De werkloosheid daalde de afgelopen twee jaar van 7,3 procent in 2013 en 6,5 procent in 2014, naar 5,5 procent in 2015. Ook vinden meer afgestudeerden werk op hun eigen niveau. Dat blijkt uit de maandag gepubliceerde HBO-Monitor. „De economie trekt weer aan, dit begint een positieve uitwerking te hebben op de arbeidsmarkt”, zegt Barbara Belfi van het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA) van de Maastricht University. De universiteit voert het jaarlijkse onderzoek naar de arbeidsmarktpositie van afgestudeerde hbo-studenten uit.

'Beste' opleidingen

Afgestudeerden van opleidingen in de gezondheidszorg mogen in hun handjes knijpen. Het werkloosheidspercentage in die sector is met 2,7 procent het laagst. Daarnaast ziet de toekomst voor leerkrachten er steeds rooskleuriger uit. Het werkloosheidspercentage in die sector halveerde tussen 2013 en 2015 van 8 naar 4 procent.

Voor afgestudeerden van het kunstonderwijs zijn de werkloosheidscijfers het hardst gedaald: van 8,9 naar 6,1 procent. Het kunstonderwijs is daarnaast de enige sector waarvoor de baanzekerheid is gestegen.

Mbo en universiteit

Niet alleen hbo’ers hebben meer kans op werk. Bij afgestudeerden van het mbo niveau 4 daalt de werkloosheid ook. Deze daling kwam wel pas later op gang, namelijk in 2014. Belfi: „We verwachten dat hbo’ers met een diploma tot 2020 betere kansen hebben. Tot die tijd heeft 19 procent van de mbo’ers met een diploma goede arbeidsperspectieven, tegenover 25 procent van de hbo’ers.”

Begin deze maand liet de Vereniging van Samenwerkende Nederlandse Universiteiten (VSNU) al weten dat de werkloosheid onder pas afgestudeerde studenten van de universiteit de afgelopen jaren ook is gedaald, naar 7 procent.

En nu?

Heel leuk al die cijfers, maar wat kunnen we ermee? Hbo-instellingen krijgen een rapport voor hun kiezen waarin alle relevante uitkomsten van het onderzoek staan. Zo kunnen zij de resultaten van hun afgestudeerde studenten vergelijken met die van andere opleidingsinstellingen. „Ze kunnen de resultaten gebruiken voor studie- en beroepsvoorlichting, maar ook voor de verbetering van het curriculum”, besluit Belfi.

Bron: Metronieuws

Terug naar het nieuwsoverzicht